Verklaring van de Internationale Organisatie van Magistraten (IAJ UIM) met betrekking tot de bescherming van de rechterlijke immuniteit van rechter Igor Tuleya, rechter in actieve dienst, door de disciplinaire kamer in het Poolse Hooggerechtshof, welke za

Deze verklaring is afgelegd door de President van de IAJ/UIM, welke organisatie 92 nationale organisaties vertegenwoordigd die zich hebben verbonden om de Rule of Law te handhaven en voorts het recht te eerbiedigen van procespartijen om hun geschillen te laten beslissen door rechters die onafhankelijk zijn en die vrij van externe invloed kunnen beslissen.

Deze verklaring wordt unaniem ondersteund door het Presidenten committee van IAJ/UIM, samengesteld uit de President Tny Pagone (Australië), Eerste Vice President José Igreja Mattos (Portugal), Vice Presidenten  Djamel Aidouni (Algerije), Rafael de Menezes (Brazilië), Allyson Duncan (USA), Duro Sessa (Kroatië), Mikael Sjoberg (Denenmarken) en de Honoraire Presdeint Christophe Régnard (Frankrijk), alsmede door Secretaris-Generaal Giacomo Oberto (Italië) en brengt tot uiting onze diepe verontrusting betreffende de vordering aanhangig bij de disciplinaire kamer bij het Poolse Hooggerechtshof om de rechterlijke immuniteit van rechter Igor Tuleya op te heffen.

In het bijzonder richten wij ons tot

  1. De Europese Commissie om bij het ECJU (Het Hof van Justitie van de Europese Unie) voorlopige voorzieningen te vragen om te voorkomen dat dat de disciplinaire kamer die vordering in behandeling neemt voordat de zaak met nummer C 791/19 R is beslist.

 

  1. De vervolgende autoriteit om of deze procedure te staken dan wel om aan de Disciplinaire Kamer te verzoeken om eerst de Prejudiciële Vraag te stellen of de vordering bij de Disciplinaire Kamer om een rechter zijn immuniteit te ontnemen op de gronden als vermeld in de vordering in overeenstemming is met het Unierecht.

 

De procedure

Op  9 juni zal de plaatsvervangend officier van justitie een vordering indienen bij de Disciplinaire Kamer in het Poolse Hooggerechtshof om de rechterlijke immuniteit van rechter Igor Tuleya op te heffen. Het voorafgaande onderzoek tegen rechter Tuleya heeft zich gericht op de volgenden feiten en omstandigheden

  1. Het openbaar maken van een rechterlijke beslissing waarin de het Openbaar Ministerie wordt opgedragen om de vervolging voort te zetten met betrekking tot de verdenking tot strafrechtelijke overtredingen bij het tot stand brengen van wetgeving
  2. Het deelnemen aan het publieke debat met betrekking tot hervorming van de Poolse wetgeving die veronderstellen dat de onafhankelijkheid van de Poolse rechters wordt ondermijnd
  • Het stellen van een Prejudiciële Vraag aan het CJEU waarin de vraag wordt voorgelegd om te bezien of het Poolse recht in overeenstemming is met het Unierecht wat betreft de Rule of Law  en de onafhankelijk van de rechter.

Het CJEU heeft een aantal kritische uitspraken gedaan wat betreft de vraag of Polen handelt in overeenstemming met het Unierecht, in het bijzonder in de zaken C 619/18 van 24 juni 2019/18 en C192/18 van 5 november 2020.

Op 20 april 2020 heeft het CJEU op verzoek van de Europese Commissie een voorlopige voorziening getroffen in de zaak C 791/19 R inhoudende dat de Staat Polen maatregelen moet nemen om de werkzaamheden van de Disciplinaire Kamer in het Poolse Hooggerechtshof op te schorten gedurende de behandeling van de hoofdzaak waarin de vraag aan de orde is of de Disciplinaire Kamer kan worden beschouwd als een onafhankelijk orgaan in overeenstemming met het Unierecht.

 

Het belang van de Rule of Law en de onafhankelijkheid van de rechter bij het nemen van beslissingen.

  1. Rechterlijke onafhankelijkheid is een essentiële hoeksteen van een democratie en een beginsel van Unierecht dat alle lidstaten van de Europese Unie, waaronder Polen bindt;
  2. Onafhankelijkheid vereist onder andere:

“dat de betrokken rechter zijn taken geheel onafhankelijk vervult, zonder onderworpen te zijn aan een hiërarchische beperking of ondergeschiktheid aan enig ander orgaan en ook zonder bevelen of instructies te moeten aannemen uit welke bron dan ook, zodat hij op die manier beschermd is tegen externe interventie of druk, die het rechterlijk oordeel  kan verzwakken en/of  diens beslissingen kan beïnvloeden”.

  • Op ieder denkbaar niveau van het nationale rechterlijk systeem moeten rechters welke Prejudiciële Vraag dan ook omtrent verenigbaarheid van nationale wetgeving met EU recht kunnen voorleggen aan het Europese Hof van Justitie ter verkrijging van een gezaghebbende beslissing;
  1. Rechters kunnen wat betreft het te goeder trouw uitoefenen van hun juridische taken onder nationale wetgeving nooit onderworpen worden aan disciplinaire of strafrechtelijke vervolging voor misbruik van hun bevoegdheden.
  2. Een Disciplinaire behandeling tegen een rechter kan alleen worden gestart worden door een daartoe bevoegde autoriteit na eerlijk onderzoek, waarin hoor en wederhoor is gewaarborgd waarna wordt beslist  door een onafhankelijk rechter die aan alle  eisen van zowel nationale wetgeving als Unierecht voldoet.
  3. vi) Er is op zijn minst grote verontrusting met betrekking tot onafhankelijkheid van de Disciplinaire Kamer in het Poolse Hooggerechtshof, die hebben geleid tot een aantal zaken bij het CJEU en een voorlopige voorziening inhoudende dat de Staat Polen maatregelen moet nemen om de werkzaamheden van de Disciplinaire Kamer in het Poolse Hooggerechtshof op te schorten gedurende de behandeling van de hoofdzaak waarin de vraag aan de orde is of de Disciplinaire Kamer kan worden beschouwd als een onafhankelijk orgaan in overeenstemming met het Unierecht.

 

De zorgen van IAJ/UIM

We zijn zeer verontrust dat de zaak tegen rechter Tuleya de  fundamentele grondslagen van het recht ondermijnt, dat het recht is van het Poolse volk. Wij zijn bezorgd dat:

  1. De procedure om rechter Tuleya van zijn rechterlijke immuniteit tegen strafrechtelijke vervolging te ontdoen op grond van het te goeder trouw uitoefenen van zijn juridische rechterlijke bevoegdheden, inclusief het recht om deel te nemen aan het publiek debat wat betreft legitieme kritiek op Poolse wetgeving die de onafhankelijkheid van de rechter beïnvloedt, misplaatst is.
  2. Er serieuze twijfel bestaat over de onafhankelijkheid van de Disciplinaire Kamer ten overstaan waarvan de mondelinge behandeling in die procedure zal plaatsvinden.

 

De IAJ/UIM bekrachtigt haar steun aan alle rechters in Polen, de Europese Unie en elders die onbevreesd de beginselen van het recht hooghouden en toepassen, met inbegrip van het Unierecht, Mensenrechten en de principes van de rechterlijke onafhankelijkheid zoals deze tot uiting komen in andere internationale uitspraken en gezaghebbende verklaringen. Het is inderdaad hun plicht deze taak te vervullen, onbevreesd en zonder vooroordeel. Het publieke vertrouwen wordt  per definitie ondermijnd en uitgehold wanneer dit niet  het geval is.